Vertwijfeling is de verhoogde vorm van aanvechting en kan een dubbele werking hebben. Een verderfelijke waardoor getwijfeld wordt aan God en een heilzame, die als vertwijfeling aan eigen krachten naar God voert. Voor Luther is de eerste vertwijfeling gelijk aan duivelswerk.
Toch kan de vertwijfeling ook zin hebben en ingeordend worden in Gods werk door wet en evangelie. In tegenstelling tot de duivel blijft God niet bij het verschrikken van mensen, dat naar vertwijfeling leidt, maar richt de mens weer op. Zo wordt vertwijfeling een evangelische vertwijfeling. Zo kan Luther zeggen: Want wanneer de vertwijfeling voor zichzelf blijft, is zij slecht en de dood zelf. Wanneer echter het evangelie daarbij komt, wordt het evangelische vertwijfeling, die goed is.
(Bron: V. Leppin & G. Schneider-Ludorff (red.), Das Luther-Lexikon (Regensburg: Bückle & Böhm 2014), 724-725)