Home / Lutherencyclopedie / Verstand

Verstand

Luther heeft een wat tweeslachtige visie op het verstand. Hij kan er de scherpste kritiek op hebben, maar het ook op de hoogste manier loven. Scherpe kritiek heeft Luther op het verstand aangaande de verhouding tot God. Met het verstand lopen wij Gods openbaring en het heil mis. Het verstand is of blind of door het geloof verlicht, aldus Luther. Het verstand kan bij de Luther betekenis hebben van een geestelijk kennisvermogen.
Aangaande het verstand zijn er een aantal problemen te noemen. Allereerst is het ingewikkeld omdat er een sterk onderscheid is tussen de morele verstane doen, dat van het rechte verstand en de goede wil uitgaat en het theologische verstaan doen, waar het geloof aan de grondslag ligt voor het handelen.
Een tweede probleem is dat voor de openbaring van God het verstand wordt gebruikt. Het verstand gaat bepalen wat wel en niet klopt. Luther kan in deze zin van het verstand spreken als het hoerenverstand. Het verstand vindt verkeerde manieren uit om God te vereren en brengt de mensen aan het twijfelen aan God en tegenstand tegen zijn handelen.
Het derde probleem is dat hoewel de inhoud van het geloof het verstand overstijgt, het verstand nodig is om theologie te bedrijven. Door het verstand komt de theologie tot het verstaan en de argumentatie voor de openbaring van God. Voor de theologie is dus wel het verstand nodig.
Het vierde probleem is dat het verstand het bewustzijn is waarmee de mens tot handelen komt. Daarom verbindt Luther verstand en zonde met elkaar. Het verstand is de oriëntatie voor het handelen en het doen van mensen. De theologie van het kruis pakt deze zelfzucht aan. God komt de mens tegemoet in het kruis. In de gekruisigde Christus is de ware theologie en de erkenning van God te vinden.
Wanneer het om de vorm van het leven van de mens in de wereld gaat, wordt het verstand gezien als het beste van de overige dingen van het leven en gelijk aan God. Het verstand werkt mee aan de onderhouding van God in deze wereld. Goed recht kan alleen maar bestaan doordat het met verstand en beleid wordt uitgevoerd. Deze opgave van het verstand is niet door de zondeval opgeheven, aldus Luther.
Voor Luther heeft het verstand dus zowel een negatieve theologisch gebruik als een positief politiek gebruik. Daarnaast is het verstand ook nodig voor het beoefenen van theologie.

(Bron: V. Leppin & G. Schneider-Ludorff (red.), Das Luther-Lexikon (Regensburg: Bückle & Böhm 2014), 721-723)